Porthos
Foto: Ger Peeters / Waterschap Limburg

De Raad van State heeft groen licht gegeven voor het Porthos-project. Hierbij slaan chemiebedrijven en raffinaderijen CO2 via pijpleidingen onder de Rotterdamse haven op in de Noordzee. Deze uitspraak biedt perspectief voor vertraagde dijkversterkingsprojecten, stelt de Unie van Waterschappen. “De uitspraak dwingt provincies om op een andere manier naar vergunningaanvragen te kijken die eerder vertraging opliepen.”

De Unie van Waterschappen is blij met de uitspraak van de Raad van State over het Porthos-project. De hoogste rechter erkent weliswaar dat er bij het Porthos-project sprake is van belastende stikstofuitstoot, maar die is tijdelijk en beperkt en heeft geen waarneembare gevolgen voor natuurgebieden. Door het eerder terugdraaien van de bouwvrijstelling in de stikstofwet, vanwege te weinig vooruitgang, werd de vergunningverlening voor bouwprojecten moeilijk. Deze generieke bouwvrijstelling voldeed niet aan het Europese natuurbeschermingsrecht.

Dijkversterkingsprojecten

Dit gold ook voor nieuwe projecten van waterschappen die in de uitvoering moesten gaan, zoals dijkversterkingsprojecten. Waterschappen gebruiken bij het versterken van de dijk immers voertuigen en schepen die stikstof uitstoten in de lucht. Deze stoffen kunnen negatieve gevolgen hebben voor natuurgebieden. Zo blijkt uit bestuursstukken op de site van waterschap Rivierenland dat met name de dijkversterking NederBetuwe werd geraakt. Bij dit project is compensatie voor stikstofdepositie in Natura2000 gebieden niet overal mogelijk.

Emissieloos werken

Waterschap Limburg keek en kijkt met de systematiek van de Porthos-uitspraak naar de oplossing van de problematiek van stikstof. Dat gebeurt vanaf de verkennings- en planuitwerkingsfase bij het Hoogwaterbeschermingsprogramma. “We kijken naar het inzetten van gebiedseigen grond, slimme innovatieve oplossingen, bijvoorbeeld hergebruik van materiaal en natuurinclusief ontwerpen”, laat de woordvoerder weten.
Daarnaast daagt het waterschap in de aanbesteding aannemers uit om zoveel mogelijk emissieloos werken uit te voeren. Dat heeft volgens het waterschap naast geen of beperkte stikstofuitstoot ook qua geluid en geur grote voordelen voor de omgeving.

Ecologische beoordeling

Vervolgens toetst het waterschap middels de Aerius-berekening en de ecologische beoordeling de effecten voor de duur van de aanleg van de te versterken dijken met een mogelijk beperkte uitstoot op de N2000-gebieden in of nabij de projecten. Waterschap Limburg werkt dus al met de systematiek van de Porthos-uitspraak. Enkele voorbeeldprojecten zijn Belfeld, Arcen, Lob van Gennep en ook Nieuw Bergen waarbij de aannemer al in uitvoering is. Op dit moment is er geen sprake van vertraging; wel is er sprake van extra kosten voor de berekeningen en onderzoeken. Dagelijks bestuurder Jeroen Achten: “De Porthos-uitspraak bevestigt de lijn die Waterschap Limburg hanteert en toepast bij het Hoogwaterbeschermingsprogramma. De uitspraak geeft mogelijkheden om de belangrijke veiligheidsopgave gezamenlijk met beperking van stikstofuitstoot in Limburg en Nederland mogelijk te maken.”

Juiste onderbouwing

Dirk-Siert Schoonman, bestuurslid Unie van Waterschappen, stelt in een bericht op de site: “De uitspraak kan weliswaar niet als een generieke uitstootdrempel worden opgevat, maar toont wel aan dat het met de juiste onderbouwing mogelijk is om projecten door te laten gaan. De uitspraak stelt ook dat de natuurherstelmaatregelen voor de natuurgebieden, meewegen in de beoordeling of de uitstoot toelaatbaar is.”

Snelle maatregelen

Schoonman: “De waterschappen hebben voor veel projecten een rol om natuur te behoeden voor droogteschade. De mate van verdroging en maatregelen om deze tegen te gaan worden expliciet door Raad van State genoemd. Dit is in lijn met het betoog van de waterschappen om meer aandacht te geven aan de zogenaamde Waterknop, waarmee we doelen op relatief eenvoudige maatregelen in het waterbeheer die snel tot natuurherstel kunnen leiden.”

Noord-Brabant

De uitspraak van de Raad van State dwingt provincies om op een andere manier naar de vergunningaanvragen van projecten van waterschappen te kijken die eerder vertraging opliepen, stelt een woordvoerster van de Unie van Waterschappen. Ze verwijst naar de provincie Noord-Brabant waar de natuur zo zwaar is belast, dat er voorlopig geen aanvragen voor vergunningen in behandeling worden genomen. De provincie moet nu onderzoeken of de stikstof uitstoot van specifieke projecten een waarneembare verslechtering van de natuur oplevert.