Een gevaarlijke fietsoversteek voor scholieren over de N798 in Putten (foto: Ruben Schipper Fotografie).

Veel middelbare scholieren krijgen bij hun fietstocht op weg naar school te maken met te smalle fietspaden, wegen met gemengd verkeer en/of gevaarlijke oversteken. De kans op ongevallen wordt daardoor aanzienlijk vergroot, blijkt uit het onderzoek ‘Kwaliteit fietsroutes middelbare scholieren’ dat Sweco samen met de Fietsersbond deed, in opdracht van Bouwend Nederland.

Om fietspaden veiliger te maken is volgens de onderzoekers een investering nodig tot in totaal 1,7 miljard euro. Voor dat bedrag kunnen wegbeheerders fietsroutes verbreden, nieuwe fietspaden en/of fietsoversteken aanleggen. Dat zou een stevige impuls betekenen, want momenteel schieten de meeste wegbeheerders nog tekort. De afgelopen drie jaar, sinds een eerste onderzoek in 2020, hebben de wegbeheerders ongeveer 420 kilometer aan fietspaden naar middelbare scholen verbreed, waarvan 125 kilometer drukke fietsroutes. Het overgrote deel van de 23.500 kilometer aan fietspaden bleef echter onveranderd. In diezelfde periode is ook 450 kilometer aan nieuwe fietspaden aangelegd, waarvan 80 kilometer drukke fietsroutes.

291 Dodelijke ongevallen in 2022

Volgens cijfers van het CBS kwamen in 2022 291 fietsers om het leven in het verkeer. Dat zijn 84 meer fietsslachtoffers dan 2021, en is het hoogste aantal sinds 2008. Onder deze cijfers vallen ook ongevallen met middelbare scholieren. Bijna 80 procent van de 936.400 middelbare scholieren gaat namelijk op de fiets naar school. Voor het overgrote deel zijn routes naar middelbare scholen echter niet berekend op die grote stroom fietsende scholieren. Fietspaden zijn vaak te smal. In slechts vier gemeenten (Arnhem, Utrecht, Almere en Eindhoven) en provincie Noord-Holland gaat het redelijk goed. “De helft van de drukke schoolfietspaden moet minimaal een halve meter breder worden. En waar scholieren fietsen, fietst natuurlijk iedereen. Zo neemt voor alle fietsers de veiligheid toe bij een betere infrastructuur”, aldus Esther van Garderen, directeur van de Fietsersbond.

Op gemengde wegen

Waar fietsers de weg delen met verkeer dat 50 km/u of harder mag rijden, is de kans op een ongeval voor een scholier aanzienlijk hoger, blijkt uit eerder onderzoek van Sweco. Toch rijdt een middelbare scholier gemiddeld een kwart van de afstand naar school (één kilometer van de gemiddeld ruim vier kilometer) over relatief onveilige infrastructuur. Middelbare scholieren in de provincie Limburg fietsen verhoudingsgewijs het meest op onveilige infrastructuur. Ook in de provincies Zeeland, Overijssel en Friesland fietsen middelbare scholieren een groter deel dan gemiddeld over 60 km/u-wegen.

Gevaarlijke fietsoversteken

Volgens de richtlijnen van het CROW liggen oversteekplaatsen van een 80 km/u-weg vanwege de verkeersveiligheid liefst bij een kruispunt. In 95 procent van de gevallen is dat inderdaad zo. Maar op 142 oversteekplekken in het land ontbreekt zo’n kruispunt. Bij 14 van deze relatief gevaarlijke oversteekplaatsen gaat het om drukke fietsroutes, waar elke dag meer dan 150 middelbare scholieren fietsen.
Tekst loopt door onder de foto

Een gevaarlijke fietsoversteek voor scholieren over de N798 in Putten (foto: Ruben Schipper Fotografie).

Veiliger asfalt of beton

Ook de verharding van de fietspaden is onderzocht. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen gesloten verharding (asfalt of beton), open verharding (gebakken klinkers, betonstraatstenen of tegels) en onverharde wegen. 19 Procent van de drukke fietspaden heeft nog zo’n open verharding en wordt idealiter geasfalteerd.

Investeringen nodig

Om fietspaden veilig(er) te maken, is volgens de onderzoekers een investering nodig tot in totaal 1,7 miljard euro. Hiervoor kunnen wegbeheerders fietsroutes verbreden, nieuwe fietspaden en/of fietsoversteken aanleggen. “De investeringen per gemeente of provincie verschillen, maar overal geldt dat meer mensen gaan fietsen en er veel meer soorten fietsen zijn zoals brede bakfietsen en fast bikes”, zegt voorzitter Arno Visser van Bouwend Nederland. “Dat heeft gevolgen voor de inrichting van ons fietsnetwerk. Om de veiligheid van scholieren te verbeteren, pleiten wij ervoor dat gemeentebesturen kijken naar de noodzaak van investeren in de lokale fietsinfrastructuur. Die investeringen zijn met de huidige stikstofproblematiek wél mogelijk.” Bouwend Nederland pleit voor een jaarlijks extra budget van 5 miljard euro voor de totale vervangings- en renovatieopgave van de Nederlandse infrastructuur. Veilig Verkeer Nederland (VVN) sluit zich aan bij de oproep van de Fietsersbond en Bouwend Nederland.