Oosterschelde
Zeehonden rusten op de Galgeplaat (foto: Rijkswaterstaat).

Vertegenwoordigers vanuit onder andere de lokale overheden, visserij-, recreatie- erfgoed- en natuurorganisaties bogen zich op 7 november over de vraag hoe de zandsuppletie van de Galgeplaat en de Slikken van de Dortsman in de Oosterschelde het best kan worden ingericht. Zij waren daartoe uitgenodigd door Rijkswaterstaat.

De Galgeplaat en de Slikken van de Dortsman in de Oosterschelde zijn sinds de aanleg van de Oosterscheldekering steeds kleiner geworden. Door de aanleg van de Oosterscheldekering is er ‘zandhonger’ ontstaan: doordat er minder stroming is, komt er minder zand terug op de platen dan dat ze kwijtraken. Met zandsuppletie blijven de Galgeplaat en de slikken behouden als belangrijke plek voor vogels en zeehonden en beschermen ze de naastgelegen dijk tegen de golven. Maar deze suppletie kan op verschillende manieren en locaties worden aangebracht. Rijkswaterstaat besloot een grote groep belanghebbenden daarover te laten meepraten.

Locatie vaststellen

Technisch manager Rutger Blok van Rijkswaterstaat ging tijdens de bijeenkomst op 7 november (in Krabbendijke) nader in op de mogelijkheden voor de locatie van de benodigde suppleties. Zo moet er een afstand van minimaal 600 meter worden gehouden tot de zeehondenrustplaats en minimaal 400 meter tot de mosselpercelen. In het tweede deel van de bijeenkomst verzamelden de vertegenwoordigers zich in twee groepen rond de kaart van het gebied om verder ideeën te delen over de suppletie.

Slikken van de Dortsman

Wat betreft de Slikken van de Dortsman is onder andere gesproken over ruimte voor kleinschalige recreatie, uiteraard buiten de rustgebieden voor vogels. Ook werd ingebracht dat er mogelijk archeologische resten in dit gebied liggen. Daarnaast was er aandacht voor uitwijkmogelijkheden voor vogels tijdens de aanleg van de suppletie en de eerste jaren daarna, zodat zij voldoende voedsel kunnen blijven vinden. De visserijsector wees vooral op het belang van goed onderzoek, zodat de suppletie geen schade veroorzaakt aan de visserij rondom de plaat. En de mosselsector riep op om de suppletiewerkzaamheden stil te leggen bij storm, om het uitwaaien van stof en zand, en daarmee schade aan percelen, te voorkomen.

Vervolg ontwerpproces

Ingenieursbureau Witteveen+Bos gaat nu aan de slag met een ontwerp. Op ten minste twee momenten in het ontwerpproces zal het projectteam de belangenvertegenwoordigers opnieuw uitnodigen om hun inbreng te geven op de varianten en het voorlopig ontwerp. Naar verwachting is het definitief ontwerp eind 2024 klaar. Daarna volgt een periode van vergunningaanvraag, waarna in 2026 en 2027 de aanleg van de suppletie kan plaatsvinden.

Kennis uit eerder projecten

Het project zandsuppleties Galgeplaat en slikken van de Dortsman is een samenwerking van Rijkswaterstaat, Rijksdienst voor Ondernemend Nederland, Provincie Zeeland en Natuurmonumenten en is onderdeel van de Programmatische Aanpak Grote Wateren. In het project wordt ook de kennis gebruikt die is opgedaan uit eerdere projecten, zoals de proefsuppletie van de Galgeplaat in 2008, de suppletie van de Roggenplaat in 2018, de suppletie van het Amelander Zeegat in 2018 en de Zandmotor in 2011 bij Den Haag. De kennisinstituten Deltares en Wageningen University & Research en hogeschool Zeeland zijn ook betrokken bij de uitwerking.